Gen Alpha ‘Pataphysics
Gen Alpha ‘Pataphysics is een documentatie-film van think-tank-workshop met kinderen die na 2010 geboren zijn, met als centraal thema geld. In de workshop, ontwikkeld in samenwerking met kunsteducator Studio Dicky, werden deelnemers uitgenodigd om samen een fictieve stad te bedenken en te besturen. Samen bepaalden ze hoe middelen moesten worden verdeeld en welke waarden de basis zouden moeten vormen van de economie.
De film combineert script, open discussies en een gezamenlijk rollenspel. Ideeën ontstaan door drogredenen, onlogische redeneringen en cognitieve sprongen, terwijl de deelnemers in realtime de samenhang van hun verzonnen systeem testen. Wat begint als een gestructureerd moreel en maatschappelijk debat, wordt geleidelijk aan onstabiel: door de introductie van nepgeld, diefstal en geïmproviseerde regels wordt het systeem tot het punt van instorten gebracht.
De film maakt deel uit van het Gen Alpha ‘Pataphysics-project: een reeks workshops waarin wordt onderzocht, via tekenen, schrijven, acteren en speculatief ontwerpen, hoe kinderen de systemen waarbinnen ze leven begrijpen, en deze opnieuw voorstellen. Naast de workshop over geld ontwikkelden de deelnemers ook de Union of Supernatural Conservation, een fictieve organisatie die opkomt voor de rechten van bovennatuurlijke wezens zoals feeën en elfen, die tegelijk met de vertoning van de film wettelijk in Amsterdam zal worden opgericht. Hoewel dit niet het belangrijkste onderdeel van het tentoongestelde werk is, verduidelijkt dit idee de bredere methodologie van het project: de speculatieve redeneringen van kinderen niet als metafoor behandelen, maar als een werkbaar model om na te denken over bestuur, zorg en collectieve verantwoordelijkheid.
In plaats van kinderen te zien als toekomstige burgers in voorbereiding, behandelt Gen Alpha ‘Pataphysics hen als bijdragers aan het hier en nu; de film behoudt ruimte voor onzekerheid, tegenstrijdigheid en vernieuwing, waardoor ideeën zich kunnen ontwikkelen zonder oplossing of didactisch kader. Hierdoor biedt het een blik op economische verbeeldingskracht gebaseerd op geleefde ervaring, intuïtie en spel, en legt het zowel de kwetsbaarheid als de productieve grenzen bloot van de systemen die we erven en blijven reproduceren.
